“En toen was alles anders”
Je staat volop in het leven. Je gaat naar school, je sport elke week en ziet je vrienden graag. Dan ineens verandert je leven door een ongeluk, beroerte of een hersentumor en krijg je te maken met niet aangeboren hersenletsel (NAH). Het zal je maar overkomen. Hoe ga je daar mee om? Wat mag je van jezelf vragen en wat kan je van anderen verwachten? Hoe moet het nu verder met de rest van je leven?
Niet aangeboren hersenletsel grijpt het hele gezin
Als je kind niet aangeboren hersenletsel (NAH) oploopt, heeft dit gevolgen voor het hele gezin. Ouders of verzorgers moeten omgaan met onzekerheden en aanpassingen. Vaak staat er een team van hulpverleners om je heen, maar pasklare antwoorden zijn er niet altijd. De hersenen van kinderen zijn volop in ontwikkeling en vaak is er aan de buitenkant niet zichtbaar wat er zich aan de binnenkant afspeelt. Problemen zijn pas op langere termijn echt zichtbaar.
Joe&Co richt zich in de begeleiding op het leren omgaan met de nieuwe “ik” en “wij” na het letsel. Je kunt denken aan:
Voor kinderen, pubers, jongeren:
- Verwerking en acceptatie van niet aangeboren hersenletsel
- Aandacht voor verandering in de toekomst
- Aandacht voor onzichtbaarheid van het letsel dat je ervaart en anderen niet zien.
- Grenzen leren aangeven
- Omgaan met overprikkeling
- Leren omgaan met (over) bezorgde ouders/verzorgers
Voor Broer(tjes), zus(jes), ouder(s)/verzorger(s):
- Verwerking en acceptatie van niet aangeboren hersenletsel
- Bouwen aan vertrouwen
- Balans vinden in het “nieuwe gezin”
- Erkenning van je eigen gevoelens
Therapie hond tijdens de begeleiding mogelijk.
De therapiehond maakt op een laagdrempelige manier contact. Fysiek contact met de hond verhoogt de aanmaak van de gelukshormonen endorfine en oxytocine. Een hond kan troost en ontspanning bieden tijdens de begeleiding. Een hond oordeelt niet wanneer een opdracht niet lukt. Een hond spiegelt gedrag. Dit kan helpen om te oefenen in het vergroten van het zelfvertrouwen. De therapiehond kan helpen met verbeteren van de spraak (praten met de hond, commando’s geven aan de hond), de motoriek (aaien, speeltjes aannemen, speeltjes gooien).